Taxatierapport

Hier geven wij u informatie over een taxatie

De opdrachtgever kan zijn:

  • De eigenaar van een onroerend goed object; vanwege verkoop, vermelding in de jaarrekening, fusiebespreking, belastingaangifte, financiering, verzekeringsaanvraag, onteigening, schadeloosstelling, ruilverkaveling, een verhuurprijsvaststelling, een huurprijsgeschil
  • Een kandidaat koper; met het oog op toekomstig eigen gebruik, belegging, projectontwikkeling; veranderen van de bestemming
  • Een huurder; inzake toekomstig gebruik, een huurprijsgeschil, een aankoop
  • Een financieringsmaatschappij; met het oog op financiering
  • Een verzekeringsmaatschappij; in verband met financiering, verzekeringsaanvraag, schadevoorval;
  • Belastingdienst; verbandhoudende met vaststellen van de belastingaanslag
  • Notaris; wegens boedelscheiding
  • De accountant; met het oog op de jaarrekening, fusiebesprekingen, belastingaangifte, bezwaarschrift tegen een belastingaanslag, aanvraag tot financiering
  • De rechterlijke macht; in verband met arbitrage, wettelijke bepalingen.

De opdrachtgever bepaalt welke waardes worden bepaald.

De waardebegrippen die gehanteerd worden zijn:

Inzake verkoop/aankoop:

  • Marktwaarde: Het geschatte bedrag waartegen vastgoed tussen een bereidwillige koper en een bereidwillige verkoper na behoorlijk marketing in een zakelijke transaktie zou worden overgedragen op de waardepeildatum, waarbij de partijen met kennis van zaken, prudent en niet onder dwang zouden hebben gehandeld.
  • Marktwaarde in verhuurde staat: Het geschatte bedrag waartegen vastgoed in verhuurde staat tussen een bereidwillige koper, niet zijnde de huurder, en een bereidwillige verkoper na behoorlijke marketing in een zakelijke transactie zou worden overgedragen op de waardepeildatum, waarbij de partijen met kennis van zaken, prudent en niet onder dwang zouden hebben gehandeld.

Waardebegrippen op de huurmarkt:

  • Economische huurwaarde: Het meest waarschijnlijke bedrag op jaarbasis dat verkregen wordt bij het aanbieden als huurobject en dat op voor de onroerende zaak meest geschikte wijze, na de beste voorbereiding, door de meest biedende gegadigde zou zijn besteed en waarbij de voor soortgelijke onroerende zaak overigens gebruikelijke condities het uitgangspunt vormen.
  • Economisch canonwaarde: Het meest waarschijnlijke bedrag op jaarbasis dat bij aanbieding van het recht van erfpacht, op de voor de onroerende zaak meest geschikte wijze, na de beste voorbereiding, door de meest biedende gegadigde zou zijn besteed en waarbij de voor soortgelijke onroerende zaak overigens gebruikelijke condities het uitgangspunt vormen.
  • Economische pachtwaarde: Het meest waarschijnlijke bedrag op jaarbasis dat verkregen wordt bij het aanbieden van een pachtobject as bedoeld in art.1 van de Pachtwet en dat op voor de onroerende zaak meest geschikte wijze, na de beste voorbereiding, door de meest biedende gegadigde zou zijn besteed en waarbij de voor soortgelijke onroerende zaak overigens gebruikelijke condities het uitgangspunt vormen.
  • Wettelijke huurwaarde 7:290 BW-bedrijfsruimte: De huurprijs voor een art 7:290 BW-bedrijfsruimte, exclusief de door de huurder aangebrachte verbeteringen, die berekend wordt, gelet op het gemiddelde van de huurprijzen van vergelijkbare bedrijfsruimte. Ter plaatse die zich hebben voorgedaan in een tijdvak ven 5 jaren voorafgaande aan de dag van het instellen van een vordering en die herleid zijn volgens de algemene ontwikkeling van het prijspeil sinds de dag waarop de huurprijs gold tot die van het instellen van de vordering.
  • Pachtwaarde: De prijs die bij verpachting van onroerende zaken die bestemd zijn voor agrarische doeleinden maximaal wordt toegestaan op grond van het Pachtnormenbesluit.
  • Vrije verkeerswaarde (Pachtnormenbesluit 1995): De waarde van een land in onverpachte staat die overeenstemt met de prijs bij voortgezet agrarisch gebruik, en die tot stand komt als redelijk handelende partijen op de markt tot koop en verkoop besluiten over te gaan, waarbij pachtersinvesteringen buiten beschouwing worden gelaten.
  • De waarde in het economisch verkeer: De waarde die aan de onroerende zaak dient te worden toegekend, indien het volle en onbezwaarde eigendom daarvan zou kunnen worden overgedragen en de verkrijger het goed in de staat waarin het zich bevindt onmiddellijk en in volle omvang in feitelijk gebruik zou nemen.
  • Gecorrigeerde vervangingswaarde: Het offer dat nodig is om een object weer in dezelfde staat als op de datum van taxatie wordt aangetroffen aan te schaffen of te vervaardigen, gecorrigeerd met afschrijving wegens technische of Functionele veroudering en rekening houdend met de aard en bestemming van het object, waarbij de invloed van latere wijzigingen in aanmerking worden genomen.

Jaarrekening voor ondernemers:

  • Actuele waarde van een actief: De in geld uitgedrukte betekenis voor de rechtspersoon gegeven de aard en plaats van activiteit waarvoor het actief bestemd is op het tijdstip van het bepalen van de waarde.
  • Vervangingswaarde van een actief: Het bedrag dat nodig zou zijn om in de plaats van een goed dat bij de bedrijfsuitoefening is of wordt gebruikt, verbruikt of voortgebracht, een ander goed te verkrijgen of te vervaardigen dat voor de bedrijfsuitoefening een in economisch opzicht gelijke betekenis heeft.
  • Bedrijfswaarde van een actief: De waarde ten tijde van de waardering van het aan een goed of samenstel van goederen toe te rekenen deel van de netto-omzet die kan worden verkregen met uitoefening van het bedrijf waartoe het dient of bestemd is.
  • Opbrengstwaarde van een actief: Het bedrag waartegen een goed bestens kan worden verkocht, onder aftrek van de nog te maken kosten.

Waarden op de verzekeringsmarkt en projectontwikkeling:

  • Herbouwwaarde: Het bedrag benodigd voor de herbouw van het verzekerde gebouw - op dezelfde locatie en naar constructie en indeling gelijkwaardig - onmiddellijk na de gebeurtenis.
  • Sloopwaarde: Het bedrag dat verkregen zou kunnen worden voor de nog bruikbare respectievelijke waardevolle onderdelen van het gebouw verminderd met de kosten van het laten afbreken wegruimen, afvoeren, storten en vernietigen.
  • Verkoopwaarde:Het bedrag dat bij verkoop in het normale verkeer en uitgaande van dezelfde bestemming van het gebouw- met uitzondering van de grond- verkregen zou kunnen worden.